Als Dunja niet omgekomen was, was ik in Duitsland gebleven!

Het verhaal van Johannes Verweij - 92 jaar

"Stap nou uit, want anders zitten jullie straks ook nog in Duitsland!"

De negende was ik, in een gezin met dertien kinderen. Twee van hen waren overigens bij de geboorte gestorven. Dat gebeurde vaak in die tijd. We woonden op het Rot, aan de Lingedijk in Geldermalsen. Mijn vader had een gemengd boerenbedrijfje met een paar koetjes, een paard, wat fruitbomen, een stukje land. Het was hard werken en zodra we konden, moesten we helpen. Kersen keren, bieten pitten, aardappels rooien en kuilen.

Op mijn zestiende kon ik bij De Chamotte, de steenfabriek, aan de slag. Twee jaar later brak de oorlog uit. Er werkten veel jonge kerels op de steenfabriek. Dat hadden de Duitsers ook snel in de gaten. Regelmatig kwamen ze mensen oppakken om in Duitsland te werk gesteld te worden. Het zal in het voorjaar van 1943 geweest zijn dat het mijn beurt was. Op een maandagmorgen kwamen de Duitsers. Er werden wat lijsten geraadpleegd, en twee dagen later zat ik met nog veel meer Betuwnaren in de trein. Mijn vader reisde mee, bezorgd om mijn lot, en dat deden meer vaders. Maar toen de trein in Eindhoven stopte, hebben we gezegd: stap nou uit, want anders zitten jullie straks ook nog in Duitsland! We zijn die dag doorgereisd naar Dortmund, waar we ’s nachts in de trein geslapen hebben. Daags daarop reden we door naar Gelsenkirchen. Allemaal plaatsen waar ik nog nooit van gehoord had. En Duits verstond ik ook niet!

“Ik heb nooit meer in mijn leven zo mooi gewerkt als daar in Duitsland, in de oorlog! "

In Gelsenkirchen kregen we onze werkplek toegewezen. Ik ging met nog vijf Betuwnaren naar de Prosper benzinefabrieken in de omgeving van Gelsenkirchen. Daar werkten ontzettend veel buitenlanders: Fransen, Belgen, Italianen, Russen. Ook was er een kamp met 600 Russische arbeidsters. Daar maakte ik kennis met Dunja Nebrada. We gingen geregeld samen uit. Verbazend? Je moet bedenken dat we eigenlijk geen dwangarbeiders waren, zelfs al had ik er natuurlijk niet vrijwillig voor gekozen om in Duitsland te werken. Maar we kregen fatsoenlijk betaald en ik ben in de twee jaar dat ik in Duitsland gewerkt heb, zelfs driemaal met verlof naar huis geweest. We konden naar de bioscoop of het variététheater in Gelsenkirchen, al haalden we dan eerst wel het borstembleem van onze kleding waarop stond dat we buitenlandse arbeiders waren. Dat voorkwam incidenten met de lokale opgeschoten jongeren die graag de confrontatie met de buitenlanders aangingen.

Ik had het er goed. Natuurlijk, de omstandigheden waren sober. Het eten bestond vooral uit koolsoep en karige porties brood, en de WC was een melkbus in onze slaapzaal, waarop je open en bloot je behoeften deed. Maar de sfeer was prima. Ik kon goed opschieten met de buitenlandse collega’s en leerde al doende een aardig mondje Duits en zelfs wat Russisch. Ook met de Duitse Meister, ene Oberlack, kon ik het goed vinden. We zijn nooit mishandeld en we hoefden ook geen extreem lange werkdagen te maken. Als Dunja niet omgekomen was bij een Engels bombardement, waren we samen in Duitsland gebleven.

De Prosper benzinefabrieken waren een gewild doelwit voor de geallieerde bombardementen. Er waren wel bunkers, maar niet genoeg en niet goed genoeg. Bij de Russinnen ontbrak zelfs elke vorm van bescherming. Zelf had ik van bakstenen en cement een bunkertje gebouwd in de werkplaats, waarin ik met een man of tien kon schuilen als dat nodig was. Bij een bombardement stonden die muurtjes te schudden! Maar die Russische vrouwen konden haast nergens heen. In het voorjaar van 1945 is Dunja, met vele anderen, gesneuveld. De totale fabriek en alle legeringsfaciliteiten werden verwoest. Ik ben nog bij het graf wezen kijken, waar zij met zeven vriendinnen begraven is. Daarna ben ik er met Jan Vrouwerff uit Geldermalsen tussenuit geknepen. ’s Nachts sliepen we in greppels, overdag liepen we gewoon tussen de Duitse pantservoertuigen door, nonchalant ‘Heil Hitler’ roepend. Zo kwam ik terug in Nederland, veel ervaringen rijker.

Terugkijkend zeg ik, ondanks alle treurige gebeurtenissen: “Ik heb nooit meer in mijn leven zo mooi gewerkt als daar in Duitsland, in de oorlog!”

Wil je het verhaal bekijken op de fysieke locatie? Plan je route en beleef het verhaal in de Keuze Vrijheid buitenexpo in Buren. Of bezoek een van de andere buitenexpo’s.